Behandeling Ooglidproblemen

Het goed functioneren van de ogen hangt mede af van de positie en functie van de oogleden. Bovendien hebben de oogleden grote invloed op het uiterlijk. De meest voorkomende problemen van de oogleden zijn:

• Chalazion: hagelkorrel
• Ectropion een naar buiten gedraaid onderooglid
• Entropion: een naar binnen gedraaid onderooglid
• Ptosis: laagstand van bovenooglid

Chalazion

Een chalazion wordt verwijderd door insnijding van het ooglid. De oogarts zal daarna het verstopte kliertje schoonkrabben. Dit is een kleine ingreep die onder plaatselijke verdoving wordt uitgevoerd. Op het behandelde oog zal na de ingreep een wat drukkend verband met oogzalf geplaats worden. Een chalazion komt meestal niet meer terug nadat het is verwijderd. In sommige gevallen ontstaat er op een andere plaats in het ooglid opnieuw een chalazion. Deze zal dan op de zojuist beschreven wijze worden verwijderd. U mag voor de ingreep gewoon eten en uw gebruikelijke medicijnen innemen. Zorg dat u op tijd aanwezig bent.

Ectropion

Wanneer een ectropion wordt veroorzaakt door verslapping van de huid kan dit verholpen worden door het ooglid strakker te zetten. Soms gebeurd dit in combinatie met inkorten van het weefsel aan de binnenkant van het ooglid. Dit gebeurt onder plaatselijke verdoving en de ingreep zal ongeveer 15 tot 30 minuten duren.

Tijdens de eerste week na de ingreep komt er meestal afscheiding/wondvocht uit het oog. Het is niets om u zorgen over te maken. U kunt voorzichtig deppen met lauw water om afscheiding en korsten te verwijderen. Vaak blijft de buitenooghoek de eerste weken na de ingreep gevoelig. Dit zal geleidelijk minder worden.

Entropion

Wanneer een entropion het gevolg is van veroudering van weefsel kan het verholpen worden door het onderooglid te corrigeren (strakker te zetten). Deze ingreep vindt plaats onder plaatselijke verdoving en duurt ongeveer 15 tot 30 minuten. Na 5 dagen kunnen de hechtingen worden verwijderd. Bij ruim 90 % van de gevallen geeft de behandeling een positief effect.

Tijdens de eerste week na de ingreep komt er meestal afscheiding/wondvocht uit het oog. Het is niets om u zorgen over te maken. U kunt voorzichtig deppen met lauw water om afscheiding en korsten te verwijderen. Vaak blijft de buitenooghoek de eerste weken na de ingreep gevoelig. Dit zal geleidelijk minder worden.

Ptosis

Wanneer ptosis aanwezig is bij de geboorte is het van belang om binnen 6 maanden het oog te laten beoordelen door de oogarts. Wanneer het ooglid de pupil bedekt kan dit een lui (amblyoop) oog veroorzaken. Om dit te voorkomen moet de operatie op jonge leeftijd worden uitgevoerd. Bij kinderen worden deze operaties onder narcose (algehele verdoving) uitgevoerd.
Wanneer de pupil niet wordt bedekt door het ooglid kan men op latere leeftijd opereren.

De oogarts maakt bij volwassenen gebruik van een plaatselijke verdoving en zet de spier vast door een kleine insnede in het bovenooglid.

In sommige gevallen kan het zijn dat niet in één keer het gewenste resulaat oplevert en er dus een heropratie moet plaats vinden.
Na de operatie kan soms kan uitdroging van het hoornvlies optreden omdat het oog minder goed sluit. Dit kan pijn of een zandgevoel veroorzaken en kan behandeld worden door middel van kunsttranen. Het kan komt vaak voor dat het oog blauw kan worden maar gelukkig geneest het snel.